Vernieuwen in Midden-Delfland; afstemming van binnen en buiten
Ondernemen is een kunst. Een ondernemer lijkt een beetje op die circusartiest die op allerlei stokjes bordjes laat draaien. Ze moeten allemaal tegelijk in de gaten gehouden worden, zo af en toe een duwtje krijgen en vooral ook in evenwicht blijven. Ik weet uit ervaring dat dit echt een kunst is.Een ondernemer kijkt met één oog naar wat er buiten gebeurt, met het andere oog naar zijn bedrijfsprocessen en werkt ondertussen met handen en voeten om heden en toekomst met elkaar te verbinden en in evenwicht te houden, want ook vandaag moet de schoorsteen roken! Vernieuwen is een must, maar wel zonder de werkzaamheden van vandaag te verwaarlozen. Anders vallen de bordjes stil, zo van het stokje op de grond, alles aan gruzelementen.
Dat werkt overal zo, dus ook op een boerenbedrijf in Midden-Delfland. Ook hier moet binnen en buiten het bedrijf aan innovaties worden gewerkt. Liefst in goede samenhang, externe marktontwikkeling en interne bedrijfsontwikkeling. Niet elke ondernemer werkt aan vernieuwing. Als dat voor even is, is dat geen ramp. Maar een ondernemer die langdurig geen inzet heeft op nieuwe bedrijfsprocessen en op marktontwikkeling, staat met zijn bedrijf na een tijdje toch echt buitenspel. En dat is ongewenst, tenzij we te maken met een ondernemer die wil afbouwen, (stoppers of wijkers genaamd in de landbouw).
Een bedrijf met een goed samenhangend vernieuwingsproces, werkt tegelijk aan marktontwikkeling én aan de eigen bedrijfsontwikkeling. Zo blijft het bedrijf flexibel en kan het inspelen op nieuwe markten en nieuwe technieken. Natuurlijk zijn er momenten dat de bedrijfsontwikkeling even niet zo evenwichtig is. In Midden-Delfland kiezen agrarische bedrijven ervoor alle kaarten op de interne vernieuwing te zetten. Méér en efficiëntere productie, kostenreductie, nieuwe machines; alles gericht op de interne verandering. En zo lang de tankauto van Campina elke paar dagen ‘vanzelf’ langskomt, gaat dat goed. De markt is ‘uitbesteed’ aan derden en vraagt weinig aandacht van de ondernemer. Het is niet zozeer vernieuwing maar méér van hetzelfde. Daar kun je voor kiezen.
Een bedrijf dat kiest voor nieuwe markten, nieuwe producten, nieuwe klanten, zet alle energie in op die gezochte marktontwikkeling. Het evenwicht doet er dan even niet toe. Want zo’n baanbrekend vernieuwingsproces zorgt ervoor dat de interne bedrijfsontwikkeling soms maar nauwelijks de vernieuwing buiten kan bijbenen. Vermoeiend, het moet ook niet te lang duren, maar vaak wel heel uitdagend en perspectiefvol.
Als voorbeeld zie ik de nieuwe gebiedscoöperatie Delflandshof in zo’n baanbrekend proces zitten. Al hun inzet zit op de doorbraak naar nieuwe markten, op het zoeken van méér verkooppunten, méér nieuwe producten, een grotere bekendheid; het is voor hen intern nauwelijks bij te benen, zo snel gaat het. Zo’n innovatieproces resulteert uiteindelijk in een echt nieuw bedrijf, dat op den duur ook de interne processen weer in (nieuwe) routines krijgt.
Ons innovatienetwerk middenINdelfland zoekt wat mij betreft naar die ‘baanbrekende’ vernieuwers. En wil graag een steun in de rug geven aan bedrijven die zich met visie op een nieuwe markt oriënteren. Waarbij de interne bedrijfsontwikkeling dus de externe marktontwikkeling dient. Niet méér van hetzelfde dus, maar meeslepend ánders. Met als uitkomst: een (agrarisch) bedrijf dat zich nieuw positioneert in een bijzonder Midden-Delfland met zijn stedelijke omgeving.
Govert van Oord, voormalig wethouder Midden-Delfland