Een vaak gehoorde opmerking over het Kringloopcertificaat, is dat het best wel een uitdaging is om op alle indicatoren van het certificaat de maximale score te behalen. Een bedrijf dat relatief eenvoudig goed scoort op NH3 emissie per hectare, zal misschien meer moeite hebben om goed te scoren op de CO2 emissie per kilogram meetmelk. Deze tweedeling is op meerdere indicatoren van toepassing. Dat is ook wel logisch want met die gedachte is het Kringloopcertificaat ontwikkeld. Alle indicatoren samen sturen niet specifiek op één bepaalde type bedrijfsvoering zoals bijvoorbeeld extensief/intensief of laagproductief/hoogproductief. Maar om binnen één bedrijf op alle indicatoren goed te scoren, zal de bedrijfsvoering goed in elkaar moeten zitten. Dan is natuurlijk de volgende vraag; wat is een goede bedrijfsvoering? Die vraag is op veel manieren te beantwoorden, in deze tip zal er specifiek worden gekeken naar het invullen van het bouwplan.
Intensief of extensief
Twee belangrijke vertrekpunten zijn:
- Is het bedrijf extensief of intensief? Om dit wat concreter te maken, is er sprake van een structureel ruwvoeroverschot of tekort?
- Is er grond op het bedrijf die geschikt is voor andere teelten dan gras, ofwel geschikt als bouwland?
Dit geeft in grote lijnen vier mogelijkheden. Twee hiervan worden hieronder beschreven, de andere twee staan in deel 2 van deze tip.
- Extensief met alleen grasland: Inzetten op een zo maximaal mogelijke opname van gras. De kwaliteit van het gras is hierbij zeer belangrijk. Hoe beter de kwaliteit, hoe meer melk de koeien kunnen produceren uit het eigen ruwvoer, wat voeraankopen bespaart. Zo veel mogelijk vers gras voeren geeft de beste benutting van het gras dus zet hier maximaal op in. Eventueel kan een deel van het gras worden gebruikt om grasbrok van te maken. Reserveer bepaalde percelen grasland voor wat extensiever beheer. Bemest iets minder op deze percelen en probeer daarmee een structuurbron te winnen om dat gericht te kunnen bijvoeren aan de koeien. Een snede hooi maken geeft een andere kwaliteit ruwvoer en kan dienen als waardevolle aanvulling. Een latere snede van die percelen zou goed passen in het rantsoen van het oudere jongvee. De bemestingsruimte die op deze percelen wordt bespaard kan extra worden ingezet op de percelen die gebruikt worden voor de voederwinning van de melkkoeien. Op de percelen die extensiever beheerd worden kan men eventueel werken aan het behalen van de biodiversiteitsdoelstellingen.
- Extensief met mogelijkheid van bouwland: Kies voor een bepaald areaal waarmee de ruwvoerbehoefte kan worden gedekt. Dit kan met gras en een gedeelte mais. De overige percelen kunnen worden ingezet voor de teelt van krachtvoer, zodat op de aankoop hiervan kan worden bespaard, bijvoorbeeld met de teelt van mais ten behoeve van MKS. Op deze manier win je een hoogwaardig product van eigen land wat 1 op 1 krachtvoer kan vervangen. MKS is een zetmeelrijk product met veel energie op pensniveau, wat perfect werkt om het onbestendig eiwit uit gras goed te benutten. Eventueel is de teelt van voederbieten een optie. Voertechnisch een heel mooi product, vanwege de goed verteerbare celwanden, het suikergehalte en de smakelijkheid. Echter is de teelt minder eenvoudig en het proces van oogst tot voeren vraagt ook meer handelingen. Daarnaast kan het principe van het zelf telen van structuurbronnen, veelal hooi, ook in dit type bedrijfsvoering een succesfactor zijn. Baseer de keuze voor bepaalde teelten op basis van het rantsoen wat je jaarrond graag zou willen voeren.
Bijdrage aan goede score op het kringloopcertificaat
Kijk eens kritisch naar je eigen bedrijf. Valt jouw bedrijf in één van deze twee categorieën? Pas dan de daarbij bijbehorende principes toe. Ga dus per perceel een specifiek gebruiksdoel stellen en handel hiernaar. Op deze manier zal het bedrijf technisch gezien zo efficiënt mogelijk draaien, wat sterk bijdraagt aan een goede score op het Kringloopcertificaat. Het zal daarmee ook het maximale rendement voor jouw bedrijf opleveren! In deel 2 worden de principes voor een intensief bedrijf beschreven.
Deze tip draagt bij aan:
- Broeikasgasuitstoot
- Eiwit van eigen land
- Fosfaatbodemoverschot
- Natuur en Landschap
- Stikstofbodemoverschot